De beeldend kunstenaar Kamp heeft zich op vele gebieden van de kunst bewogen. Na zijn opleiding aan de Haarlemse “School voor Bouwkunde, Versierende Kunsten en Kunstambachten” werkte hij bij het architectenbureau van Eduard Cuypers te Amsterdam, het glas-in-lood Atelier Sabelis in Haarlem en voor de Noord- en Zuidhollandse Vervoersmaatschappij. Hij was aktief lid van de Haarlemse Kunstenaarsvereniging “Kunst Zij Ons Doel”. Als leraar aan dezelfde school waar hij ook zijn opleidng had genoten gaf hij onder andere les aan H. Groenewegen, C. Karstens en B. Merkelbach, oprichters van ‘De 8’, een belangrijke architectengroepering in de periode tussen beide wereldoorlogen. Als vrij kunstenaar maakte Kamp houtsneden, pastels, tekeningen en olieverven. Kamp woonde lange tijd in het huis de Huif aan de Driehuizerkerkweg in Driehuis.
J.B. Kamp en jeugdjaren
Ben Kamp is geboren in Haarlem in 1884.
Na de lagere school heeft deze Haarlemse bakkerszoon tot zijn 18e op de Kunstnijverheidsschool in Haarlem gezeten. Daarna kreeg hij in 1901 een betrekking als ontwerper op het architectenbureau van Eduard Cuypers in Amsterdam. De taken van Ben Kamp op het Architectenbureau van Cuypers waren zeer uiteenlopend. Hij ontwierp er onder andere glas-in-loodramen, maakte wandschilderingen en werkte mee aan de Wereldtentoonstelling in 1910 in Brussel. In 1913 trouwde hij met Dina Delcourt die hij op het architectenbureau leerde kennen. Zij werkte daar eveneens als ontwerper.
Kamp veranderde in 1915 van baan toen hij een aanstelling kreeg als leraar aan de Haarlemse kunstnijverheidsschool. In 1920 en 1922 werden hun dochters Berda en Alice geboren.
Het gezin Kamp verhuisde daarom in 1923 naar “de Huif” in Driehuis. Dit huis was ontworpen door architect Christaan Bartels, een goede vriend van Ben Kamp. Het is een huis met typische Amsterdamse Schoolkenmerken en werd gebouwd door W. van Heijst.
Dertiger Jaren
In 1935 kreeg Kamp een baan aangeboden als ‘esthetisch adviseur’ bij de NZH (tram- en bus-maatschappij). Van de NZH kreeg Kamp een vrij-reizenkaart. Deze kaart betekende veel voor hem, aangezien hij daardoor in staat was om vele schilderachtige plaatsen te bezoeken. Uit die tijd dateren dan ook veel van zijn aquarellen en olieverven van dorpen als Edam, Monnickendam en De Rijp.
Van 1935-1938 schilderde hij daarnaast als ‘vrij kunstenaar’ ook veel ander werk, waaronder naakten die goede kritieken kregen. Daarvoor ging Kamp wekelijks naar tekenavonden van Kunst Zij Ons Doel in de Waag, aan het Spaarne in Haarlem.
In 1938 kreeg hij van Monumentenzorg de opdracht om dertien aquarellen te maken van gerestaureerde bouwwerken in Nederland. Deze aquarellen zijn eerst in het Koninklijk Instituut voor de Tropen tentoongesteld en vervolgens op de Wereldtentoonstelling in New York in 1939.
Veertiger jaren
Tijdens de oorlog moest het gezin Kamp, als zovele mensen uit Velsen, evacueren.
Zij brachten een groot deel van de oorlog door in Heemstede waar Kamp het atelier van zijn vriend en collega Heuff kon delen.
Na de oorlog schilderde Kamp nog enkele mooie stillevens en in 1948-1949 legde hij zich vooral toe op het aquarelleren van het interieur van de Bavo-kerk te Haarlem.